In een aantal korte filmpjes legt een van onze schrijvers, rabbijn Evers een aantal Joodse concepten uit. Bekijk deze video’s in de afspeellijst hieronder.

De filmpjes zijn gemaakt door » Orot Joodse televisie. Onlangs publiceerden wij een interview met iemand anders die hierbij betrokken is, Smadar Morag. Lees hier dit interview.

Woordenlijst

Rabbijn Evers gebruikt in zijn uitleg diverse Hebreeuwse termen. Om deze beter te kunnen begrijpen hebben we een woordenlijst met uitleg gemaakt zodat u van deze termen de betekenis hier kunt teruglezen.

Thora – In de eerste plaats wordt er de eerste vijf boeken van de Bijbel mee aangeduid. Soms wordt de term ook voor hele Joodse Bijbel gebruikt. In het Christendom bekend als oude testament.

Matan Thora – Het geven van de Thora bij de berg Sinai, zoals beschreven in het boek Exodus.

Mondelinge traditie – Naast de geschreven Thora kreeg het Joodse volk bij de berg Sinai ook een mondelinge uitleg bij de geschreven tekst. Deze twee bronnen worden uitgelegd door de wijzen van Israel. Veel daarvan is opgenomen in boeken als de Misjna, Midrash, Talmoed en Gemara e.d. Dit alles bij elkaar wordt de mondelinge traditie genoemd.

Koosjer – In de eerste plaats het eten wat volgens de Goddelijke voorschriften is klaargemaakt. Verder wordt het woord gebruikt voor dingen en zaken die wel of niet volgens de Goddelijke voorschriften zijn of gaan. Het wordt dan wel of niet koosjer genoemd.

Keppel – Het hoofddeksel wat Joodse mannen dragen.

Avraham Avinoe – Aartsvader Abraham

Nesjama – De ziel van de mens. Letterlijk Goddelijke adem. Met andere woorden het stukje Goddelijkheid van de mens.

Talmoed – Grootste verzameling van de mondelinge traditie.

Gemara – Ander woord voor Talmoed.

Halacha – Letterlijk ‘de weg’. De uitleg hoe de geboden uit de Thora gedaan moeten worden.

Sjabbat – Joodse rustdag. Deze begint op vrijdagavond bij zonsondergang tot zaterdagavond zonsondergang.

Tinok Snjenisba – Iemand die nog nooit van de wetten van de Thora gehoord heeft en daardoor niet (volledig) verantwoordelijk wordt gehouden voor zijn overtredingen.

Mosje – Hebreeuws voor Mozes