De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft in april 2021 een boete opgelegd aan het Israël Producten Centrum (IPC). Hun reden: op etiketten van producten uit Judea en Samaria zet IPC: ‘product uit een Israëlisch dorp in Judea en Samaria’.
Dat mag niet, vindt de NVWA, en daarom legden ze een boete op van 2.100 euro. Volgens hen moet op het etiket staan: ‘product uit een Israëlische nederzetting op de Westelijke Jordaanoever’.
Eerst heeft IPC bij de NVWA bezwaar gemaakt tegen deze boete. Omdat de NVWA haar besluit niet wilde terugdraaien, is IPC uiteindelijk op 15 februari 2022 tegen deze boete in beroep gegaan. Bovendien heeft IPC een WOB-verzoek ingediend bij de NVWA. Daaruit is gebleken dat het Ministerie van Landbouw (waar de NVWA onder valt) in een notitie schreef dat er ook andere formuleringen mogelijk zijn om de herkomst van deze producten te beschrijven.
Afgelopen vrijdag, 17 februari 2023, is deze zaak voorgekomen bij de bestuursrechter in Rotterdam. De rechter stelde nadere vragen naar aanleiding van het beroepsschrift van IPC en het verweerschrift van de NVWA. Er zijn een aantal procedurele fouten gemaakt door de NVWA. Aan het einde van de zitting werd door de NVWA nog de suggestie meegegeven dat de indieners van de klachten en IPC samen een juiste etikettering zouden moeten vaststellen. We hebben goede hoop dat de rechter in het voordeel van IPC beslist.
De uitspraak laat minimaal zes weken op zich wachten.