Katya en haar dochtertje vluchtten uit Marioepol: 'Ik ben nog in shock'
Door Marijke Terlouw -
25 maart 2022
Gisteren trokken twee namen op de lijst vluchtelingen die we vandaag zouden begeleiden naar Kishenov, de hoofdstad van Moldavië, de aandacht. Twee mensen uit Marioepol. Uit de stad die al weken zo belaagd wordt, waar mensen in schuilkelders wonen, zonder water, elektriciteit, verwarming en eten. Zonder redelijke kans om naar een andere veilige plek te gaan. Wat is hun verhaal?
Situatie in Marioepol
Het blijkt om een jonge moeder (29 jaar) met haar dochtertje te gaan. Op weg naar Kishenov in de bus zoek ik haar op en vraag naar haar verhaal. Katya is druk met haar telefoon, haar dochtertje Sofia slaapt. Ze vertelt dat ze op 19 maart is vertrokken uit Marioepol, nu zes dagen terug. Ze woonde dicht bij het centrum. “Sinds 2 maart was er niets meer. Geen water, geen elektra, niets. We smolten sneeuw om water te verwarmen. Sinds die tijd zaten we in de schuilkelder, onder in ons flatgebouw. Mijn man, ons dochtertje – ze is twee jaar en vier maanden – en ik. In de afgelopen paar weken is ons gebouw vier keer gebombardeerd, twee keer brak er brand uit. En steeds kwamen er meer mensen naar de schuilkelder, uit plekken die er nu niet meer zijn. Zo’n 150 mensen waren er uiteindelijk in totaal, waaronder 22 kinderen. Ik ging af en toe, als het buiten iets rustiger was, op zoek naar iets te eten, mijn dochtertje is twee weken niet buiten geweest, alleen maar in de schuilkelder.”
Op de vlucht
Katy vertelt haar verhaal redelijk rustig. Wel heeft ze een enorm hese stem. Ik hoor ver weg de emotie. Ik vraag haar hoe het is gelukt om weg te komen uit Marioepol. Uit die omsingelde stad. “Er was een kleine zone tussen de Russen van beide kanten. Een corridor, een kans om weg te komen. Oekraïense soldaten hielpen ons; we reden vol gas met 140 kilometer per uur de stad uit.” Wie de wegen in Oekraïne ook maar een beetje kent, snapt wat een gewaagde en waanzinnige actie dat was. De wegen zijn gatenkaas, zeker nu ze daar bij Marioepol alles kapot is.
Waarom besloot je die gevaarlijke tocht te wagen?
“Het was nog gevaarlijker om te blijven. Dat begrepen we wel. Dus we hadden een plan. Met zes auto’s zouden we gaan. Maar omdat de auto’s al even niet hadden gereden, wilde onze auto en nog een andere niet starten. Drie waren er al weg. Eén ging opeens ergens anders heen. Toen onze auto en de andere eindelijk startte gingen we. We dachten niet meer, we reden zo hard we konden.”
Hoe voel je je nu? Opgelucht?
“Ik ben nog in shock. Ik kan nog niet echt goed voelen en terugkijken op wat er is gebeurd. Ik weet nog niet hoe het is met mijn schoonmoeder. We kunnen haar al sinds begin maart niet bereiken. Mijn opa is overleden – door ouderdom – maar toch, ik mis hem.”
Katya valt even stil, ik zie dat haar gedachten ergens anders zijn, en ze check nog steeds haar telefoon. Ze hoopt op goed bericht. Er zijn nog zoveel mensen die ze kent ín Marioepol. Dan vertelt ze verder. “We, mijn man, dochter en ik, zouden op 24 februari naar Israël gaan, alija maken. Maar de coronatest van mijn man was positief, en de reis werd daarom uitgesteld. En toen brak de oorlog uit…”
In Israël wachten haar moeder en broer op Katya en haar dochter. Maar ook al kon haar man ook vluchten uit Marioepol, ook hij moet achterblijven in Oekraïne.
En dan huilt deze dappere vrouw toch. Ze probeert de tranen nog tegen te houden, maar het lukt niet. En ik huil mee.
Hoe kunt u helpen?
Christenen voor Israël regelt vervoer vanuit Oekraïne naar Moldavië en Roemenië, van waaruit Joodse vluchtelingen naar Israël vliegen. Een busrit kost €4000,-. Dat is omgerekend €100,- per persoon. We verwachten dat er de komende tijd nog veel bussen zullen vertrekken. Dit kan alleen mogelijk gemaakt worden met uw steun. Helpt u mee? Doneer dan hieronder. Bedankt voor uw betrokkenheid en steun!