Sluiten

Zoeken.

Artikelen

Activiteiten

Kennisbank

Podcasts

Projecten

Publicaties

Videos

Overig

Israël in oorlog

Terug naar overzicht

Ik wil bij onze geschiedenis horen!

Door Rabbijn mr. drs. R. Evers - 

24 januari 2024

Ik wil bij onze geschiedenis horen

Israëlische soldaten bij de Gazastrook. Foto ter illustratie. Beeld: Flash90

Wij maken dramatische tijden mee. Mijn zwager, opperrabbijn Alan Kimche, en zijn broer, rabbijn Solly Kimche, gingen Solly’s 33-jarige zoon Eljasjiev in zijn legerbasis in Gaza bezoeken. Ze hadden hem al meer dan een maand niet gezien en wilden weten hoe het met hem ging in het Gazaanse wespennest.

Het weerzien was zeer ontroerend. Eljasjiev vertelde van zijn wederwaardigheden in deze vreselijke oorlog:

Na de laatste gevechtsoperatie kwam ik doodmoe en volledig onder het stof terug op de basis. De commandant vroeg me mee te komen, omdat er een aantal Amerikaanse donateurs waren gekomen die het leger financieel steunden. Ze wilden eens met een echte soldaat spreken. Eljasjiev voelde er niets voor. Hij kon niet meer. Maar de commandant bleef aandringen. Eljasjiev zei toen: “Akkoord, maar dan vertel ik wat ik wil en niet wat jij wil”. De commandant was verblufd, maar stond het toe.

Eljasjiev wendde zich tot de donateurs in zijn gebroken Engels en zei: “Het Israëlische leger heeft jullie niet nodig!”.

De donateurs reageerden niet, maar waren volledig van de kaart. Ze hadden een hele reis naar Israël gemaakt en kregen nu een uitbrander! “Het Israëlische leger heeft ook jullie geld niet nodig!”, vervolgde Eljasjiev.

Ze keken verbijsterd, perplex en verbouwereerd naar de punten van hun schoenen. Hij deed er nog een schepje bovenop: “Het Israëlische leger heeft ook mij niet nodig! Voor mij tien anderen.”

Pardon, wat bedoelt deze soldaat? “Ik ben hier, omdat ik deel wil uitmaken van onze geschiedenis. We maken helaas historische momenten mee in het bestaan van het Joodse volk en Israël. Ik wil niet aan de zijlijn staan. Ik moet actief meedoen. Dit is mijn volk, mijn geschiedenis en mijn land, dat hier existentieel bedreigd wordt.

Daarom doneren jullie ook zo veel aan ons leger. Jullie willen actief aan deze historische momenten meedoen en het niet passief aan jullie voorbij laten gaan. Wij danken jullie. Wij voelen werkelijk dat Am Jisra’eel, het Joodse volk, één is en als een man achter ons staat. Ik dank jullie enorm”.

Broodnodige zelfstandigheid

Dit gevoel ervaar ik zelf ook. Ik heb me al vele malen afgevraagd waarom ik en mijn generatie deze bittere maar noodzakelijke zelfstandigheid in eigen Joods land – hoewel omringd door miljoenen aartsvijanden – mogen meemaken.

We kunnen hier onze religie vrij beleven in ons eigen vaderland, oneindig veel malen toegezegd als het Beloofde Land in de Bijbel.

Mijn leraar schreef: ”Wat zijn wij meer dan de vorige generaties, die dit niet mochten meemaken? Tweeduizend jaar heeft het Joodse volk in ballingschap onder de vreselijkste pogroms moeten leven. De wrede oorlogen met de Romeinen, de dagelijkse vervolgingen, de Kruistochten, toen hele Joodse gemeenschappen in Europa op weg naar het heilige land met de grond gelijkgemaakt werden, de Inquisitie, de dagelijkse vernederingen, de verdrijving uit Engeland, Spanje, Sicilië, Portugal en nog veel meer.

Waarom hebben juist wij het verdiend hier alle ge- en verboden uit de Thora, die met het land Israël te maken hebben, te mogen uitvoeren, zoals Sjemita, het zevende jaar?

Hoe mogen wij de verdienste smaken een deel van de uiteindelijke verlossing te mogen uitmaken terwijl de inzameling van de ballingen zich voor onze ogen voltrekt, aangewakkerd door het wereldwijde antisemitisme?”

Misschien luidt het antwoord dat wij hier kunnen zijn door de verdiensten van onze voorouders, die ondanks alle negatieve oprispingen vanuit hun omgeving, het Jodendom gekoesterd en doorgegeven hebben. Kennelijk moesten we als volk veel, zeer veel beproevingen meemaken, alvorens de glorieuze, maar tergend langzame ontvouwing van het aankomende Messiaanse tijdperk te mogen meemaken. Onze voorouders hadden alleen van deze tijd kunnen dromen.

Het toont, dat G’d vertrouwen in ons heeft, dat G’d ons liefheeft ondanks alle vijandige signalen uit onze omgeving. G’d wil, dat wij succes hebben en geeft ons ook de tools. G’d plaatste ons specifiek in deze generatie en geeft ons de mogelijkheden om de wereld te helpen perfectioneren. G’d geeft ons een duidelijke opdracht. G’d wil dat we het heilige Land bewonen en tot bloei brengen".

Dit is onze missie. Daar gaan we voor en daar krijgen we de middelen voor.

De laatste oprispingen van het kwaad

Het is bekend dat de krachten van het kwaad, juist vlak voor de Messiaanse tijden, het erg benauwd krijgen, want zij zullen binnenkort als sneeuw voor de zon verdwijnen. Zij vormen allen de obstakels die wij moeten overwinnen om die mooie toekomst te mogen meemaken. Van onze kant moeten wij G’d laten zien dat wij er voor de 100% voor gaan en voor staan. En dat doen we, G’dzijdank. Ja wij maken het allemaal mee, willen erbij zijn en er deel van uitmaken en gaan geen stap opzij voor al die “goedgemeende” adviezen van “onze goede vrienden”.

We kunnen alleen op G’d vertrouwen. Am Jisraeel chai!

Rabbijn-mr.-drs.-R.-Evers_avatar-90x90 (1)

De auteur

Rabbijn mr. drs. R. Evers

Rabbijn R. Evers was opperrabbijn in Dusseldorf. Hij maakte in de zomer van 2021 met zijn vrouw alija naar Israël. 

Doneren
Abonneren
Agenda