Israël-update 20 november • Onzekerheid over bestand in Libanon
Door Yochanan Visser -
20 november 2024
De Amerikaanse bemiddelaar voor een staakt-het-vuren in de oorlog tussen Hezbollah en Israël besloot op dinsdagavond om zijn verblijf in Beiroet te verlengen en nog niet door te vliegen naar Israël. Dit nadat er nog altijd specifieke punten in het voorstel - dat de regering van president Joe Biden met Ron Dermer, de Israëlische minister voor Strategische Zaken, had opgesteld - niet waren opgelost. Hochstein spendeerde uren met de voorzitter van het Libanese parlement, Nabih Berri, die fungeert als een onderhandelaar namens de Libanese regering en Hezbollah.
De Israëlische luchtmacht heeft ondertussen zijn aanvallen op Hezbollah-doelen verder opgevoerd en liquideerde opnieuw twee Hezbollah-commandanten die verantwoordelijk waren voor het raketvuur op Israëlische burgerdoelen. Deze escalatie wordt gezien als een drukmiddel op Hezbollah, dat zich ambivalent toont ten opzichte van het bestandsvoorstel. Naim Qassem, de nieuwe leider van Hezbollah, had waarschijnlijk informatie gekregen dat Israël hem op dinsdagavond wilde elimineren toen hij een geplande redevoering plotseling afzegde. De IAF heeft bewezen dat het de exacte verblijfplaats van Hezbollah-leiders weet vast te stellen en had waarschijnlijk ook informatie over de plaats waar Qassem de redevoering wilde houden.
Het grootste struikelblok voor het bereiken van overeenstemming over een staakt-het-vuren blijft Israëls eis dat het leger vrijheid van handelen moet behouden om iedere schending van het bestand door Hezbollah ongedaan te maken. De letterlijke tekst, die dit onderdeel van het bestands voorstel behandelt, luidt: “Israël heeft het recht om zichzelf te verdedigen en de VS ondersteunen Israëls recht om op te treden tegen bedreigingen die niet acuut zijn”. Dit laatste is voor Israël niet acceptabel omdat een commissie bestaande uit officieren van het Amerikaanse, Franse en Britse leger moet vaststellen wat een acute bedreiging is. Een ander duidelijk probleem is dat Hezbollah volgens allen die betrokken zijn bij de onderhandelingen geen enkele toestemming heeft gegeven voor ondertekening van de voorgestelde bestandsovereenkomst en ook geen mondelinge fiat heeft afgegeven.
Daarnaast zou het Libanese leger (LAF) het zuiden van Libanon vrij moeten houden van iedere Hezbollah aanwezigheid. De LAF heeft de toestemming van Hezbollah nodig om troepen in Zuid-Libanon te stationeren en zegt dat iedere poging om Hezbollah af te houden van hernieuwde aanwezigheid in het zuiden van Libanon zal ontaarden in een nieuwe burgeroorlog. In feite is de LAF een verlengstuk van Hezbollah en zit het vol met leden van de terreurbeweging.
UNIFIL
Hezbollah’s kwade bedoelingen met betrekking tot een verandering in de veiligheidssituatie in het zuiden van Libanon werden op dinsdag opnieuw duidelijk toen UNIFIL-basis 5-42 in Kiryat Remiyah plotseling werd beschoten met een barrage raketten, waarbij vier soldaten van UNIFIL werden verwond. UNIFIL zei in een verklaring dat de aanval werd uitgevoerd door een groep die geen deel uitmaakt van het veiligheidsapparaat in Libanon, Hezbollah dus. Argentinië heeft inmiddels besloten om zijn soldaten uit UNIFIL weg te halen. De Argentijnse regering is nu zeer pro-Israël en wil niet betrokken zijn bij het conflict tussen Hezbollah en Israël.
Op dinsdag onthulde de IDF verder dat zeventig procent van de in beslag genomen wapens in Libanon afkomstig was uit Rusland. Dat bewijst opnieuw dat de Russen altijd een dubbelspel hebben gespeeld in het conflict tussen Hezbollah en Israël.
De IDF maakte intussen nieuwe progressie en veroverde een strategische heuvel nabij het dorp Chama in het westen van Libanon. Vanaf de heuvel heeft men uitzicht over een groot gedeelte van de kustlijn in het zuiden van Libanon. De IAF voerde verder bombardementen uit op de stad Tyre en de IDF lijkt zich op te maken voor de verovering van de stad.
De raket- en drone aanvallen op het noorden van Israël blijven ondertussen doorgaan, maar in een veel lagere intensiteit dan voorheen het geval was. De laatste vierentwintig uur telde ik twintig aanvallen tegenover gemiddeld 150 voor het IDF-grondoffensief.
Betrokkenheid van Irak
Volgens de laatste berichten maken de Sjiitische milities die zich verenigd hebben onder de naam het Islamitische Verzet van Irak (IRI) zich op voor Israëlische luchtaanvallen op hun posities. Dit, nadat IRI over de laatste week zijn aanvallen op Israël escaleerde en verantwoordelijk was voor een aanval met een ballistische raket op Tel Aviv afgelopen maandag. Deze raket werd op een hoogte van twaalf kilometer uit de lucht geschoten door het Arrow-3 luchtverdedigingssysteem en de brokstukken verwoestten vervolgens een gebouw in de stad Ramat Gan.
De IDF zegt over bewijzen te beschikken dat Iran een groot aantal ballistische raketten heeft getransfereerd naar IRI, dat nu fungeert als een verlengstuk van de Quds Brigade van de Islamitische Revolutionaire Garde van Iran. Israël heeft al eerder gezegd dat het aanvallen op de Iraanse milities in Irak zou gaan plegen en de leiders van de Sjiitische milities zou liquideren wanneer de aanvallen van IRI door zouden gaan. De gebeurtenissen in Ramat Gan lijken de druppel die de emmer deed overlopen.
Cyberaanval
Een Israëlische hackersgroep voerde vandaag een cyberaanval uit op de grootste bank in Iran. Volgens de aan het regime gelieerde nieuwssite Mehr News zijn alle computersystemen van de Malat Bank buiten werking gesteld.
Het verrijken van uranium door Iran
Iran probeert momenteel te voorkomen dat de Algemene Vergadering van het Internationale Atoomagentschap in Wenen (IAEA) aanstaande vrijdag een resolutie aanneemt die de Islamitische Republiek zal veroordelen voor het blokkeren van inspecties door IAEA-inspecteurs. Na het bezoek van IAEA-directeur Rafael Grossi aan Iran afgelopen weekend zei Iran toe om het verrijken van uranium tot het 60%-niveau te bevriezen en om vier nieuwe IAEA-inspecteurs toegang te geven tot zijn nucleaire faciliteiten. Deze vier inspecteurs mogen niet dezelfde zijn die Iran vorig jaar uitwees, toen werd ontdekt dat Iran uranium had verrijkt tot 84%-niveau. De ontdekking werd gedaan door een team van acht IAEA-inspecteurs die vervolgens door Iran werden uitgewezen.
De resolutie die voor de Algemene Vergadering van de IAEA wordt gebracht, is ingediend door Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland. Deze landen zijn niet bepaald geïmponeerd door de pogingen van Iran om de besluitvorming binnen de IAEA te beïnvloeden. De drie landen willen dat Iran de voorraad tot 60% verrijkt uranium vernietigt, op straffe van het herinvoeren van zogenaamde bijtende sancties. Momenteel heeft Iran een voorraad hoogverrijkt uranium, 60% van 180 kilo, genoeg voor de productie van vier tot vijf nucleaire wapens wanneer dit uraniumhexafluoride gas verder wordt opgewerkt tot 91%. Dit is een proces dat binnen een week kan worden gedaan. Er is nu internationale consensus dat er geen tijd meer is om maatregelen tegen Iran uit te stellen en de verwachting is dan ook dat de Algemene Vergadering van de IAEA de resolutie van de drie Europese grootmachten zal aannemen aanstaande vrijdag.