Mogen we vrede sluiten met terroristische regimes?
Door Rabbijn mr. drs. R. Evers -
18 november 2024
Deze vraag is dom. Mijn ouders stelden altijd dat er geen domme vragen bestonden, maar deze vraag getuigt van een totaal gebrek aan realiteitszin. Niettemin dwingt onze realiteitszin ons om deze vraag toch serieus te nemen daar de groepen, die ons nu belagen qua bestuursstructuur totaal ondoorzichtig zijn en vanuit de dictatuur Iran bestuurd worden. Wie weet hoe de wind morgen waait?
Pact met Gaza
In de Bijbel wordt uiteraard ook over verdragen gesproken. Het mag geen toeval heten, dat we afgelopen Sjabbat (zaterdag) een pact van Abraham en Abimelech, de koning der Filistijnen uit Gaza de revu zagen passeren. G’d had Abimelech een zeer stevig standje gegeven vanwege de schaking van Sara.
Later begreep Abimelech, dat hij beter een niet-aanvalsverdrag met Abraham kon sluiten (Gen. 21:22-24): ”En het gebeurde in die tijd dat Abimelech, met Pichol, zijn legerbevelhebber, tegen Abraham zei: G’d is met u bij alles wat u doet. Nu dan, zweer mij hier bij G’d, dat u mij, mijn zoon, of mijn kleinzoon niet bedriegen zult. In overeenstemming met de goedertierenheid die ik u bewezen heb, moet u mij en het land, waarin u als vreemdeling verblijft, goedertierenheid bewijzen. Abraham zei: Ik zweer het”.
Op deze wijze sloot Abraham een vredespact met Abimelech maar hij vergat, dat hij hiermee impliciet een recht op het Israëlisch land Gaza had weggegeven aan Abimelech voor een aantal generaties en de Joden daar later – gedurende de looptijd van het ‘vredescontract’ – even geen aanspraak op konden maken toen zij terugkeerden uit de Egyptische slavernij.
De G’ddelijke bedoeling
Menselijkerwijs was dit wellicht goed dat Abraham, de man van de liefde en goedheid, een vredesverdrag met Gaza slootm maar het druiste in tegen de G’ddelijke bedoeling. Dit is enigszins vergelijkbaar met het ‘pact’ dat premier Sharon sloot toen hij Gaza weggaf. Ook dit laatste genereuze gebaar heeft Israël geen goed gedaan in 2005 toen Gaza overhandigd werd aan de Palestijnen.
Rabbi Samuel, zoon van Rabbi Meir (1080-11600), een grote Franse geleerde en kleinzoon van Rasji (1040-1105) veroordeelt Abraham, dat hij zonder G’d te consulteren een verdrag sluit met implicaties voor de G’ddelijke toezegging aan Abraham. G’d had het hele joodse land toegezegd aan Abraham, inclusief Gaza.
Abrahams straf
Rabbi Samuel gaat zelfs zo ver dat hij stelt dat de offerande van Izaäk een gevolg was van deze faux pas van Abraham. Het verhaal van de voorgenomen slachting van Izaäk – Genesis hoofdstuk 22 - volgt in de Tora direct op dit vredespact aan het einde van Genesis 21.
G’d zegt bij de offerande van Izaäk niet, dat Abraham zijn zoon Izaäk moet slachten. G’d stelt alleen, dat Abraham Izaäk moet ‘opbrengen’ naar de berg Moria, de latere Tempelberg. Niettemin had Abraham begrepen, dat hij hem moest slachten. Dit ‘misverstand’ moest Abraham meemaken omdat hij een verkeerde beslissing had genomen door het recht op het land Israël weg te geven. Aldus Rabbi Samuel uit de 12e eeuw. Hij had het Opperwezen hierover niet geconsulteerd.
Abraham wordt daarvoor gestraft door G’d. We moeten oppassen met wie wij in zee gaan.
Op woensdagavond 27 november 2024 organiseren we in het Israëlcentrum in Nijkerk een speciale avond met rabbijn Evers uit Israël. Hij zal spreken over 'De tijd waarin we leven'. Bekijk hier alle info en meld u aan!