Elke keer als de Gazaoorlog een nieuwe fase ingaat, vraag ik me af hoe de NOS de plank zal misslaan in de verslaggeving. Wat zullen ze nu weer verzinnen om Israël zo misdadig mogelijk af te schilderen?
Helaas zijn dit de verwachtingen na de bevooroordeelde verslaggeving sinds 7 oktober: soms je reinste nepnieuws. Dat krijg je als je de propaganda van Hamas klakkeloos overneemt en het Israëlische verhaal constant als ‘niet te verifiëren’ bestempelt. Dat virulente ongeloof dat Joden de waarheid zouden spreken is een anti-semitisch vooroordeel, maar in Hilversum geldt dat als gezonde journalistieke scepsis. De moordenaars van Hamas geloven ze daar op hun erewoord.
Nu er druppelsgewijs gijzelaars vrijkomen, heet het ineens dat beide partijen ‘vrouwen en kinderen’ vrijlaten. De foutieve indruk wordt gewekt dat de Israëlische gevangenissen uitpuilen van de Palestijnse moeders met kleine kinderen, van onschuldige jonge vrouwen die de bloei van hun leven achter vijandelijke tralies zien verwelken en argeloze bejaarde dames die van de zionisten geen rustige oude dag mogen genieten.
Emoties
Vrouwen en kinderen … echt, NOS? Uit de Israëlische gevangenissen komen volwassenen vrij en jongeren die nog geen achttien zijn, die gearresteerd zijn voor terreurdaden en andere wetsovertredingen. De omroep maakt daarvan: ‘ze zouden stenen hebben gegooid’. Feiten doen er niet meer toe, in het hoofd van de kijker is het zaadje van de manipulatieve gelijkstelling geplant: beide partijen houden kwetsbare onschuldigen vast, de Joden zijn geen haar beter dan Hamas. Erg hè, dat er zomaar vrouwen en kinderen in Israëlische gevangenissen zitten.
Om deze schaamteloos geveinsde gelijkwaardigheid compleet te maken, toonde de NOS ‘emoties’ van de andere kant. De thuiskomst van de Palestijnse terroristen werd gevierd met omhelzingen, tafels vol lekkernijen, huilende moeders. Geen enkele reflectie over de gepleegde misdaden werd vereist. Geen enkel commentaar van de journalisten daarover. Uiteraard liet de NOS niet de hysterische weerziensdansen zien waarbij de intifada wordt uitgeroepen, de Joden meer pogroms worden beloofd en de net vrijgelatene verklaart opnieuw ten strijde te trekken, terwijl de eigen moeder haar eigen kind het liefst ziet als martelaar. Het heden wordt door de redactie van het journaal gecensureerd waar je bij staat.
De Jood als onmens, dat beeld laat de NOS graag zien. Daarom waren er journaalitems over het vermeende gebrek aan empathie van Joden voor de Palestijnen. Correspondente Nasrah Habiballah, het studiomeubelstuk uit Tel Aviv dat zelden buiten komt en doorgaans persberichten opdreunt, kwam eindelijk in beweging om selectief cafébezoekers te spreken. Die gaven eerlijk toe bang te zijn voor Palestijnen, ze maakten zich zorgen over hun lot en dat van de gijzelaars. Vind je het gek, na een pogrom? De NOS vond van wel en vroeg een psycholoog deze onmenselijkheid te duiden.
Insinuatie
De dag daarna kwam de volgende schoffering. De journaalpresentatrice vroeg zich af of ‘een uitgebalanceerde berichtgeving’ over deze oorlog mogelijk was. Eindelijk zelfreflectie, dacht ik. Maar neen, het ging over de Israëlische media: die toonden onvoldoende Palestijns leed, vond Hilversum. Dat deden ze om mensen te sensibiliseren voor het doden van Palestijnen. Als journalist krijg je last van plaatsvervangende schaamte bij zoveel kwaadaardigheid. Dit was dus het antwoord van de NOS op de beschuldiging dat zijzelf Israëlisch leed negeerden. Een kwalijke insinuatie, vond de NOS dat. Maar het bewijs lag voor het oprapen. Op NOS Stories, het Instagramkanaal voor de jeugd, waren in de twee weken voorafgaande aan de ‘insinuatie’ 23 berichten geplaatst over de oorlog, waarvan slechts één over families van de gijzelaars. Vrijwel alle andere berichten gingen over Palestijns leed en gevoelens van Nederlandse moslims.
Een redactie die partij kiest in een buitenlandse oorlog bedrijft al kreupele journalistiek. Als er ook nog partij wordt gekozen voor terroristen die Joden afslachten, door het leed van de slachtoffers nauwelijks te tonen en de nabestaanden als onmensen te portretteren, is er meer mis dan bevooroordeeldheid. Dan is er sprake van haat die diep zit, bij de redactie en bij iedereen in Hilversum die niet ingrijpt. Dit komt niet meer goed.
Dit opinieartikel verscheen eerder op de website van het NIW.