Hezbollah bleef de zogenaamde wapenstilstand schenden door raketten af te vuren op de Israëlische legerbasis op de berg Hermon. Zoals beloofd werd de provocatie met een snelle en krachtige reactie beantwoord: de IDF nam meer dan 30 terreurbolwerken diep in het hart van Libanon onder vuur.
Straaljagers waren door heel Israël te horen toen vliegtuigen verschillende vijandelijke raketwerpers aanvielen die door drones waren geïdentificeerd, niet alleen in het noorden maar ook in Gaza. De Israëlische luchtmacht nam in Khan Yunis hoge Hamas-terroristen onder vuur.
Het recht van Israël om zichzelf te verdedigen kreeg gemengde reacties van de regering-Biden. Enerzijds werd de Joodse staat berispt, anderzijds verklaarde men dat Amerikaanse inlichtingendiensten inschatten dat terreurorganisaties hun krachten en capaciteiten blijven herstellen.
Na deze frustrerende verklaring dreigde aankomend president Donald Trump Hamas rechtstreeks met de eis om de gijzelaars vrij te laten vóór zijn aantreden. Zijn woorden werden breed omarmd door het Israëlische publiek, zowel door rechts- als linksgeoriënteerde burgers. Knesset-leden van bijna alle politieke partijen spraken hun opluchting en dankbaarheid uit via hun persoonlijke sociale media. Bovendien benoemde Trump een speciale presidentiële gezant voor gijzelingszaken.
Na deze twee stappen van de aankomende Amerikaanse regering werden families van gijzelaars geïnterviewd op Israëlische media. Het meest aangrijpend waren de momenten waarop sommigen in tranen uitbarstten en vertelde dat er, onvoorstelbaar genoeg, al meer dan een jaar niets is gedaan voor hun dierbaren door het Rode Kruis, de Verenigde Naties of enige andere internationale humanitaire organisatie. Hoewel de oorlog verre van voorbij is, bracht het nieuws voor het eerst in meer dan een jaar enige hoop op een einde.