Op pad naar een afspraak, rijd ik het dorp uit waar ik woon.
Net voordat ik de weg opga, zet ik mijn richtingaanwijzer naar rechts, om aan te geven welke kant ik op ga. Een auto die veel te snel rijdt, scheurt voorbij en toetert alsof ik hem lastig val. Ik wacht keurig op de inhaalstrook tot hij voorbij is, dat is binnen een paar seconden, en rijd vervolgens de weg weer op.
In de eerste bocht hoor ik weer getoeter. Als ik in mijn achteruitkijkspiegel kijk, zie ik een grote vrachtauto bumperkleven. Voor de zekerheid vlucht ik de naar de kant. Inmiddels ben ik behoorlijk geïrriteerd en het is nog maar tien over zes ’s morgens en ik ben nog geen vijf minuten onderweg.
Rustig rijd ik het buurdorp door. Er wordt, ook ’s morgens vroeg al, vaak gecontroleerd op snelheid. Mijn medeweggebruikers lijken er zich niets van aan te trekken. Links, rechts … zelfs via de stoep halen ze me in. Ze hebben haast.
Als ik de eerste rotonde van het dorp op kom, op de rotonde heb je in Israël voorrang, mist een automobilist, die mij niet lijkt te zien, mij ternauwernood. Het is bijna een fikse botsing, ondanks dat ik rustig rijd. In plaats van dat de man achter het stuur me dankbaar is, maakt hij een obsceen gebaar, terwijl hij weer verder scheurt.
Het is inmiddels kwart over zes en het voelt alsof ik al een hele dag achter de rug heb.
Bij de tweede rotonde gaat het goed, maar bij de derde, en gelukkig ook de laatste op dit parcours, gaat het bijna weer mis. Iemand die voor mij rijdt, besluit plotseling te stoppen om een bekende die hij ziet lopen, te groeten. Dit keer ben ik het die toetert, maar het helpt niet. Het gesprek is belangrijker. Na een paar minuten zijn ze bijgepraat en rijdt hij door. Ik ook.
De rotondes zijn voorbij. Dan komt er een stoplicht. Die gaan in Israël eerst op oranje om vervolgens op rood te gaan. Zodat je je vast kan voorbereiden op wat gaat komen. Ik zie het op oranje springen en stop netjes. Maar dat vindt een wegmisbruiker achter me een heel slecht plan. Hij stapt uit, en komt naast mijn raam staan. Gelukkig heb ik een auto waarvan de sloten bij het starten automatisch op slot gaan. Ik probeer te doen alsof ik niet zie dat hij naast me staat en vooral rustig te blijven. Dat helpt, hij loopt weer terug naar zijn auto.
Als het stoplicht op groen springt, geeft hij vol gas en passeert me via de stoep rechts. Het is inmiddels kwart over zes en het voelt alsof ik al een hele dag achter de rug heb. Is dit een autospelletje op de computer? Nee, het is echt gebeurd.
Onze journalist Joanne Nihom schrijft twee keer per week over het leven in Israël. Recent bracht ze het boek 'Over Grenzen' uit, waarin ze schrijft over co-existentie tussen de verschillende bevolkingsgroepen in Israël. Klik hieronder om het boek te bestellen.